Pianosonate nr. 1 – Zes liedbewerkingen – 10 Pianostukken, op. 12
Sergey Tanin (piano)
Prospero PROSP 0021 • 75’
Waardering: 9
De jonge Siberische pianist Sergey Tanin (1995) bezit de nodige lauweren (Géza Anda Competitie in Zürich, KlavierOlymp in Bad Kissingen), maar welke veelbelovende musicus heeft die tegenwoordig niet? Interessant is zijn repertoirekeuze maar nóg interessanter is wat hij ermee doet. Brahms’ Eerste sonate is een werk dat ferm in de traditie van Beethoven staat, maar toch alle volwassenen karakteristieken vertoont van de jonge Brahms. Wat opvalt aan Tanins spel is de gedifferentieerde en ontspannen manier waarop hij deze karakteristieken weet te benutten. Hij leeft zich in, vertelt een gevarieerd verhaal, is spontaan maar behoudt controle, is niet uit op romantische powerplay en houdt de klank en textuur voortdurend helder en doorzichtig. Het tweede deel van het programma bevat zes door Liszt bewerkte Schubert-liederen, waaronder Gretchen am Spinnrade en het indrukwekkend gespeelde Der Doppelgänger. Tanin beheerst ook dit virtuoze idioom perfect, maar boeiender nog vind ik zijn keuze voor Prokofjevs opus 12: tien relatief vroege, afwisselende stukken die alles al in zich dragen van Prokofjevs belofte voor de toekomst. Met alle evidente verschillen tussen beide componisten horen we hier hetzelfde moeiteloos vertellende spel als in Brahms, de ongehaaste ontspannen houding en de transparante klank. Sergey Tanin is een pianiste om in de gaten te houden.
Gerard Scheltens
